De lagune waarin de stad Venetië ligt, is niet per definitie bewoonbaar. Toch werd het begin van de stad gesticht vanwege juist deze kenmerken. De interessante geschiedenis van Venetië begon na de Romeinse overheersing. Venetië is 1100 jaar onafhankelijk geweest; in de vorm van de Republiek Venetië. De interessante geschiedenis van Venetië begon allemaal na de Romeinse overheersing.
Van het Romeinse Rijk tot vluchtelingen
In het gebied waar tegenwoordig Venetië ligt, woonden al eeuwen mensen. Toch ontstonden de grotere nederzettingen pas rond het jaar 450 na Christus. Het was rond het einde van de Romeinse overheersing (460). In die tijd hield Atilla de Hun huis in Italië. Veel verschillende steden werden geplunderd. Ook Aquileia, een stad ten oosten van het huidige Venetië, moest eraan geloven. De stad werd compleet verwoest. Veel bewoners uit omliggende steden vluchtten als gevolg van die plunderingen naar de lagune van Venetië.
Chaotische jaren tot de eerste doge
Rond het jaar 550 kwam het Byzantijnse Rijk aan de macht in de regio. Dit duurde niet langer dan 50 jaar, daarna werd Venetië namelijk even onderdeel van het Oostelijke Romeinse Rijk. Deze jaren waren vrij chaotisch, verschillende machthebbers (Romeinen, Byzantijnen) volgden elkaar op. Ook was er de dreiging van de Longobarden. Het zorgde voor nog meer vluchtelingen in de regio, en daarmee nog meer inwoners. Rond het jaar 697 koos Venetië een eigen leider, een doge. Hoewel het formeel nog onderdeel was van het Byzantijnse Rijk, werd het in feite onafhankelijk in 841. Dat volgde na het besluit van de koning van Italië in 840. Lotharius I gaf Venetië handelsvrijheid in het westen. Het bleek een erg belangrijke gebeurtenis in de geschiedenis van Venetië.
Overname van de macht in de regio
Voordat Venetië enige rol van betekenis zou spelen, waren belangrijke steden in de regio altijd Ravenna en Aquileia geweest. Deze verloren echter hun positie tijdens de Longobardische oorlogen. Comacchio (ten zuiden van Venetië) leek, als opkomende stad, een goede opvolger voor het centrum van de macht in de regio. In 886 plunderden de Venetianen de stad echter. Ze namen direct de controle over de handel op de rivier de Po over, en daarmee eigenlijk de controle over de regio. Het zorgde ervoor dat de verschillende eilanden in de lagune van Venetië beter met elkaar gingen samenwerken. De eigen gewoontes en festivals bleven desondanks bestaan.
Handel, handel en nog eens handel
Venetianen begonnen steeds meer te handelen. Vooral de export van slaven, graan, wijn, zout en hout naar Constantinopel en gebieden in Egypte zorgde voor een groeiende welvaart in de stad. De stad importeerde vervolgens zijde en specerijen. Deze lucratieve handel zorgde ook voor een een ontwikkelende scheepsbouwindustrie. Er werden galeien gebouwd voor passagiersvervoer, zeilschepen voor vrachtschepen. De republiek Venetië handelde niet alleen meer in de Adriatische Zee, maar over de hele oostelijke Middellandse zee.
De eerste kruistocht tot en met de arrestatie van de Venetianen in Constantinopel
Dat het een echt handelsvolk was, bleek wel uit het feit dat de Republiek aanvankelijk niet meedeed aan de eerste kruistocht (1096-1099). Dit was om de relatie met de moslims in onder andere Constantinopel niet te verstoren. Toen andere handelsrepublieken teveel invloed kregen, sloot Venetië zich alsnog aan bij de kruisvaarders. Hoewel de bijdrage beperkt was, verslechterde de relatie met de moslims alsnog. Toch hadden de Venetianen nog veel handelsprivileges. Dit eindigde met de arrestatie van de Venetianen in Constantinopel in 1171. Het besluit werd snel teruggedraaid, toch bleef er een rancune aanwezig tussen de inwoners van het Byzantijnse Rijk en de Venetianen.
De Vierde kruistocht
In het jaar 1200 werd er onderhandeld met de leiders van de Vierde Kruistocht en een aantal Italiaanse havensteden zoals Genua en Venetië, voor een transportverdrag van de kruisvaarders. Genua was niet geïnteresseerd, uiteindelijk werd het Venetië. Het zou 160.000 zilvermarken kosten, de leiders van de kruistocht gingen akkoord. Dit is misschien wel het belangrijkste moment geweest in de geschiedenis van Venetië.
In het jaar 1200 kwam de helft van de kruisvaarders in Venetië opdagen. Ook werd slechts de helft van het aantal zilvermarken werd meegenomen. De doge van Venetië ging hier niet mee akkoord, en besloot dat de andere helft voldaan moest worden als de kruisvaarders Zara (een stad in Kroatië) zouden veroveren, en teruggeven aan de Venetianen. Dit lukte, en Venetië herpakte hier de macht. Het leger vaarde in 1201 vervolgens via Korfoe naar Constantinopel. Op 12 april 1204 namen de kruisvaarders de stad in. Er werd een enorme geldsom buitgemaakt; zo’n 900.000 zilvermarken. De Venetianen kregen hier 150.000 van. Het resultaat was een mooie buit, en extreem goede handelsvoordelen. Bij de verdeling van het oude Byzantijnse Rijk kreeg Venetië nog meer grond; Kreta en Euboea werden toegevoegd aan de Republiek Venetië. De Venetiaanse invloed op de stad Constantinopel duurde een hele tijd. Pas op 29 mei 1453 zouden de Ottomanen de stad veroveren, en haar ook een nieuwe naam geven; Istanbul.
De welvaart van de Republiek Venetië
Ondertussen groeide de Republiek Venetië maar door. Het was in de late dertiende eeuw de meest welvarende stad van heel Europa. Ze deden ook mee met de jaarmarkten van Champagne. Dit was een jaarlijks terugkerende markt in de Champagne (een streek in noord-Frankrijk) met vooral handel tussen de twee welvarendste delen van Europa: Vlaanderen en noord-Italië. Venetië handelde verder ook met steden als Augsburg, Praag en Wenen in centraal-Europa. Ook hadden ze een handelsroute via de straat van Gibraltar met steden als Brugge en Londen. Het domineerde de handel op de Middellandse zee, en van de opbrengsten werden prachtige paleizen gebouwd. Het dogepaleis komt ook uit die periode. Het is een tastbaar bewijs van de welvarende geschiedenis van Venetië.
Turkse verovering van Constantinopel en daarmee een verlies van handel
Rond het jaar 1410 veroverde Venetië ook andere noord-Italiaanse steden als Verona en Padua. In 1453 veroverden de Ottomanen Constantinopel op de Byzantijnen. Het betekende een tegenslag voor de Venetiaanse handel. De Venetiaanse expansie op het land stopte door bepaalde gebeurtenissen in het jaar 1509. Het heroverde na zeven jaren van oorlog gebied op Frankrijk. Het kostte de republiek echter veel kracht, en hier bleek dan ook hoe klein Venetië op land eigenlijk was. Tegen grootmachten zoals Frankrijk kon het niet op.
De meest elegante en verfijnde stad van Europa
Hoewel Venetië in de daaropvolgende jaren de macht over de zee, en ook belangrijke gebieden (waaronder eveneens belangrijke havens zoals Chania op Kreta) kwijtraakte, moet de meest fascinerende periode in de geschiedenis van Venetië nog komen. Die kwam in de 18e eeuw. Hoewel de overzeese handel slonk en het nog slechts een schaduw was van wat het vroeg was, werd de stad wel een belangrijk centrum van toerisme. Dit was deels dankzij de opera en deels dankzij het Venetiaanse carnaval. Het was destijds de meest elegante en verfijnde stad van Europa. De stad had een grote invloed op de Europese cultuur in de vorm van kunst, architectuur en literatuur.
Een einde aan 1100 jaar onafhankelijkheid
In het jaar 1797 kwam er na een periode van zo’n 1100 jaar een einde aan de onafhankelijkheid van Venetië. Napoleon Bonaparte veroverde de stad, dat onderdeel werd van een nieuw koninkrijk: Lombardije-Venetië. Meer dan zestig jaar later werd Venetië (in 1866) toegevoegd aan aan het nieuwe Koninkrijk Italië. Vandaag de dag hoort de stad nog steeds bij Italië.